Skip to main content

Elektrificatie

Geschreven door: Henk Sepers

Het verhaal over de elektrificatie van Okkenbroek is tot stand gekomen op basis van notulen van Okkenbroeks Belang en het archief van de familie Fuchsthaller. Secretaris F.J.X. (Franz) Fuchsthaller, Oostenrijker van geboorte, heeft zijn uiterste best gedaan alles zo minutieus mogelijk vast te leggen. In het fotoalbum een aantal passages uit de notulen.

Van Ens

Okkenbroek, dat vergeten dorpje, lag sinds mensenheugenis aan een smalle zandweg. Verstoken van alle moderne comfort. De pogingen Okkenbroek van elektriciteit te voorzien dateren van 1938. Toen stapte men voor het eerst naar het gemeentehuis van Diepenveen om de belangen van het dorp in dit opzicht te bespreken.

Men kwam niet veel verder en toen de oorlog uitbrak waren de kansen voorlopig helemaal verkeken. Kort na de bevrijding werd de draad weer opgenomen. De zolders van de mensen, die zich beijverden, bogen door van de telkens weer ontvangen beloften, maar er gebeurde niets.

Een jarenlange strijd volgde voor in Okkenbroek op 14 november 1959 burgemeester Crommelin van de gemeente Diepenveen een oude straatlantaarn laat zakken en twaalf prachtige lichtmasten inschakelt. Dan is de elektrificatie van Okkenbroek een heugelijk feit en schalt een feestlied over Okkenbroek. Voor Jan van Ens (* 6 augustus 1898 - † 25 april 1990) komt daarmee een einde aan zijn werk als lantaarnopsteker

Overigens was het niet zo dat heel Okkenbroek tegelijk van stroom werd voorzien. Zo beschikte de smederij in de loop van 1958 al over elektriciteit. Oosterhof kreeg gelijk met de rest van Okkenbroek elektriciteit. Dat gold niet voor Westerhof. Er was nog niet voldoende vermogen beschikbaar om Westerhof ook aan te sluiten, zeiden de mensen van de IJsselcentrale en het kon nog wel jaren duren voordat ze aan de beurt waren. Dat viel gelukkig mee. Een jaar later had men daar ook stroom. Absolute voorloper was De Klinke (Okkenbroek 27). Daar had men het geluk dat een deel van het erf Holten's grondgebied was. Dine van Schooten: "We konden niet te veel apparaten gelijk aan hebben maar we hadden al in 1949 stroom. Ik weet nog precies waar ze de kabel toen hebben gegraven vanuit Holten."  In Diepenveen-dorp was de ingebruikneming van het elektriciteitsnet al op 7 mei 1921 een feit. Op 300 zogenaamde onrendabele gebieden na, waaronder Okkenbroek, werd in 1956 het net in de gehele gemeente Diepenveen voltooid.

Elektrificatie is de uitbouw van elektriciteitsopwekking en -distributie. In de westerse wereld vond dit plaats tijdens de derde fase van de industriële revolutie en speelde zich vooral af tussen 1880 en 1930. In die zin stond Okkenbroek niet vooraan in de rij. In notulen van de bestuursvergadering Okkenbroeks Belang van 31 maart 1949 wordt  over Elektrisch Licht gerept. Er zijn verschillende besprekingen gaande en het bestuur hoopt dat er snel een oplossing wordt gevonden.

In februari 1950 spreekt Okkenbroeks Belang secretaris F.J.X. (Franz) Fuchsthaller in de bestuursvergadering over een onderhoud met burgemeester Ganzeboom van Raalte over elektrificatie. B en W van Diepenveen hebben verklaard, dat ze tegen een aansluiting aan een net van een andere gemeente zijn. Diepenveen zal daar zelf voor zorgen. Dit was drie jaar geleden. Aangezien er geen vooruitgang valt te bespeuren wil het bestuur proberen met Raalte in contact te komen. Wanneer Raalte mogelijkheid ziet om Frits Nijland

Okkenbroek en omgeving met licht te voorzien, dan willen zij alle raadsleden van Diepenveen persoonlijk opzoeken en deze bewegen ermee in te stemmen, dat Okkenbroek aan het Raalternet mag worden aangesloten. Er wordt besloten een onderhoud met de Burgemeester van Raalte aan te vragen. Bestuursleden Rodijk, Niemeijer, Fuchsthaller en Gerritsen, (eventueel Bloemenkamp) verklaren mee te willen gaan. De heer Kloosterboer stelt voor met een auto naar Raalte te gaan. Frits Nijland, eigenaar van een taxibedrijf, garage en fietsenmaker op het adres OK 5 (nu Holterweg 128) brengt het gezelschap naar Raalte.

Het is 19 mei 1953 als Okkenbroeks Belang voorzitter Niemeijer tijdens een ledenvergadering bij Visser waarbij ook aanwezig is de heer Oosterwijk, raadslid van de gemeente Diepenveen, laat weten nog niets verder te zijn. “Zo wij allen weten, was 26 januari 1953 in het jeugdgebouw een vergadering, die B. en W. uitgeschreven heeft. Er is daar besproken worden, hoe wij eventueel aan Licht kunnen komen. Er is ons toen beloofd, dat wij binnen twee weken bericht zouden krijgen, maar tot nu toe is er nog niets gekomen.” Verder deelt Niemeijer mede, dat hij een gesprek met de wethouder de heer Veldwachter heeft gehad en zijn verbazing uitgesproken heeft, dat B. en W. van ons per bunder fl. 155,-- vraagt. In de commissie voor het licht was besloten fl. 124,-- te vragen. De heer Veldwachter deelt mede, dat B. en W. de som hoger genomen heeft, om eventuele uitvallersommen te dekken. Het aanwezig raadslid Oosterwijk deelt mede, dat B. en W. in onderhandelingen is met Holten en Raalte en dat deze besprekingen nog niet klaar zijn. Okkenbroek zal eventueel bij Raalte aangesloten worden. Kloosterboer vind de basis van de berekening per bunder verkeerd. Er moet een vast bedrag van bijvoorbeeld fl. 250,-- gevraagd worden en dan ieder naar zijn behoeften gemeten worden. Ondertussen blijft het donker in Okkenbroek en kan lantaarnaansteker Van Ens bij het invallen van de duisternis, aan het werk om de kaarsen aan te steken.

Jaren verstrijken
CdK van Overijssel

Aansluiting van Okkenbroek aan het licht is een kwestie van lange adem geworden. Een brief Aan den Hoogedelgestrenge Heer Commissaris der Koningin van de Provincie Overijssel (CdK), de Heer Ir. J.B. Ridder de van de Schueren op 17 maart 1957 volgt. Okkenbroeks Belang verzoekt een onderhoud om over de elektrificatie te spreken. Okkenbroek is al jaren bezig om te bereiken aan het elektrische net aangesloten te worden. “Er zijn ons een hele reeks van beloften gedaan, maar er niets verder gebeurd. Onze boeren moeten met de tijd mee. De strijd om het bestaan wordt ook voor hun moeilijker, maar ze krijgen geen mogelijkheid, om de voordelen der techniek ook in hun bedrijven te kunnen gebruiken.” Okkenbroeks Belang spreekt in die brief de wens uit dat de CdK vier vertegenwoordigers wil ontvangen. Met als resultaat dat vier bestuursleden van Okkenbroeks Belang (Niemeijer, Gerritsen, Kloosterboer en Fuchsthaller) op 25 maart 1957 op bezoek gaan bij de CdK om over de elektriciteitskwestie en de aanstaande benoeming van een burgemeester voor de gemeente Diepenveen te spreken.

Burgervader
Op 26 februari 1958 wordt de nieuw benoemde burgemeester van Diepenveen, de heer S. Crommelin, op Huize “Okkenbroek” onder het zingen van het Okkenbroeks volkslied ontvangen. In het verslag staat: "Niemeijer heet de burgemeester van harte welkom in echt Okkenbroekse aard. Eenvoudig maar van harte.” Daarna voert de burgemeester het woord. Crommelin ziet heel duidelijk, hoe noodzakelijk juist hier de stroomvoorziening is. En hij wil alles doen, dat Okkenbroek eindelijk ook licht krijgt. Hij kan natuurlijk niet beloven dat alles snel in kannen en kruiken is maar hij zegt toe zijn best te doen. Na een gemoedelijke avond waarin meer dan alleen over het licht werd gesproken neemt men onder het zingen van het Wilhelmus afscheid van de burgervader. In voorbereiding op de ledenvergadering van 10 maart blijkt over de elektrificatie nog niets met zekerheid bekend te zijn. Toch heeft het bestuur de volle overtuiging, dat het nu in goede handen is. Dat men in Diepenveen wil. En waar een wil is, is een weg!

Het gaat door
Inmiddels in het 1959. In het (korte) verslag van de bestuursvergadering van 18 mei 1959 een historische mededeling over elektrificatie. Okkenbroek zal in de winter van 1959 licht hebben. Daar is nog wel een raadsvergadering voor nodig maar er zal zou is de verwachting door middel van een hamerstuk een positief besluit worden genomen. Fuchsthaller stelt voor, dat er een groot aantal Okkenbroekers de raadsvergadering zullen bezoek. “Zo tonen wij onze volle belangstelling”. Het lichtpuntje aan het einde van de tunnel is zichtbaar. Aansluiting van Okkenbroek op het licht komt in een stroomversnelling. Burgemeester Crommelin laat het bestuur van Okkenbroeks Belang weten dat hij graag de opening van het lichtnet wil vieren met de ingebruikneming van de straatbelichting. Dat zal dan een kleine viering voor het hele dorp Diepenveen zijn. Zo valt op te maken uit het verslag van de bestuursvergadering van 28 augustus 1959. De leden van Okkenbroeks Belang zal gevraagd worden hoe Okkenbroek mee zal doen met de feestelijke opening van het lichtnet. Bijdrage uit de kas van Okkenbroeks Belang of een collecte.

Een dag eerder, donderdag de 27ste, brengt een groot aantal inwoners van Okkenbroek die zeer binnenkort zullen worden aangesloten op het elektriciteitsnet een bezoek aan de N.V. Elektriciteitsfabriek IJsselcentrale te Zwolle. Om 13:15 uur vertrekt een bus van de Christelijke School te Okkenbroek. Voor fl. 1,00 per persoon gaat het gezelschap op pad voor een voorlichtingsdag voor de dames en een excursie voor de heren. De dames kregen een kook- en bakdemonstratie uiteraard op een elektrisch fornuis. Er werd een filmpje vertoond over het gemak van warmwater, verkregen door het aanschaffen van een boiler. De aanleg van het elektriciteitsnet vordert snel. Men hoopt dit deel nog begin oktober te kunnen aansluiten.

Lichtfeest
De grote dag is aangebroken. Op 14 november 1959 laat burgemeester Crommelin een oude straatlantaarn zakken en schakelt de elektrische straatlantaarns in. Tijd voor een heus ‘lichtfeest’. Een commissie bestaande uit de heren B.J. Gerritsen, H. Stoevenbeld, W. Kerkdijk, H. Nijkamp en H.J. Niemeijer bereidt het feest voor. In het jaarverslag over dat jaar van Okkenbroeks Belang worden door secretaris Fuchsthaller niet veel woorden aan het lichtfeest vuil gemaakt: “De meesten hebben het zelf meegemaakt en zo moet ik niet veel er over berichten.” Namens het bestuur van Okkenbroeks Belang stuurt Fuchsthaller de rekening van het feest naar de gemeente Diepenveen. Er zijn 143 gasten geweest. Voor de consumpties is fl. 270,85 uitgegeven.

Fout in aanleg

Toch is daarmee het verhaal over de elektrificatie van Okkenbroek nog niet afgerond. Als gevolg van een fout in de aanleg van de bovengrondse leiding is het al twee keer gebeurd, onder andere op 14 november 1960, dat de bovengrondse leiding bij Kerkdijk stuk is gegaan door de foute aanleg van de palen. Elektrificatie dreigt elektrocutie te worden. Reden voor Okkenbroeks Belang op 7 juni 1961 een brief aan de IJsselcentrale te sturen. Dat de situatie levensgevaarlijk is blijkt uit de zinsnede: "Daarbij kwam, dat één van de naar beneden hangende draden op de draden der straatbelichting kwam te liggen. U begrijpt dat dit een heel gevaarlijk experiment is. Er komen natuurlijk steeds kinderen langs en zou daardoor een vreselijk ongeluk kunnen gebeuren. Het bestuur vraagt de IJsselcentrale de paal, die zonder toestemming van de eigenaar geplaatst is, en het dorpsbeeld zeer verontsiert te verwijderen en in overleg met de eigenaar de leiding ondergronds te brengen.” Een maand later komt de heer Hardon namens de IJsselcentrale poolshoogte nemen. Hij geeft toe dat deze bovengrondse leiding niet goed is aangelegd. Hij heeft lang geleden de aannemer opdracht gegeven dit te verbeteren. Omdat er tot nu toe niets is gebeurd volgt een tweede brief. Okkenbroeks Belang neemt het voor zijn inwoners op en is bezorgd, dat door het niet in acht nemen van de in het maatschappelijk verkeer vereiste zorgvuldigheid ongelukken kunnen gebeuren. Omdat er werknemers van de IJsselcentrale in Okkenbroek komen wordt opnieuw gevraagd de fout te herstellen. Aldus geschiedde. Uit de notulen van de ledenvergadering van 19 februari 1962 blijkt dat inmiddels alle percelen van Okkenbroek en Lettele op het lichtnet zijn aangesloten.

Spanningsdip
Daarna is het lange tijd stil aan het stroomfront in Okkenbroek. Een lichtmast hier en daar maar geen grote onvolkomenheden. Tot 1966. Okkenbroeks Belang heet dan inmiddels Plaatselijk Belang Okkenbroek en omgeving, klimt op 14 maart 1966 opnieuw in de typemachine en schrijft aan de IJsselcentrale dat het nog steeds uitblijven van een transformator aan de Oerdijk bij de familie Daggenvoorde, de Okkenbroekers een doorn in het oog is. Door dit uitblijven laat de stroomvoorziening voor de omwonenden vooral ’s maandagsmorgens zeer veel te wensen over. Het bestuur roept op de bouw van deze transformator te bespoedigen. Nog geen maand later krijgt de heer B. Ludden (onderwijzer en bestuurslid) een reactie van de N.V. Electriciteits-Maatschappij IJsselcentrale. Daarin laat men weten dat de bouw van de transformatorruimte geen doorgang heeft gevonden in verband met de hoge waterstand ter plaatse. Zij rekenen erop de bouw gereed te hebben voor het komende winterseizoen, zodat de klachten betreffende te lage spanning ongetwijfeld tot het verleden zullen behoren. Het heeft geholpen op maandagochtend is er geen sprake meer van een spanningsdip.

Reacties, aanvullingen, foto’s of ooggetuigen verslag van het lichtfeest zijn van harte welkom. Stuur een bericht aan de redactie of bel (0570)550480.

BRON | Archief Plaatselijk Belang Okkenbroek e.o.