Nieuwenhuis, J.K.
Geschreven door Henk Sepers
Johannes Klaas Nieuwenhuis (* 3 maart 1880 - † 8 juni 1962) geboren in Frederiksoord (Vledder) was evangelist maar even zo goed handelsman, koopman, bemiddelaar of noem maar op. ‘Zijn’ naam is terug te vinden op verschillende huizen. Mariahoeve (genoemd naar zijn vrouw) aan de Muldersweg en Huize Jeanette (naar zijn dochter) aan de Okkenbroekerveldweg. Maar ook met de Borgelinkshof heeft Nieuwenhuis van doen gehad. Kortom een persoon die, in navolging van de ‘stichter’ van Okkenbroek Adam IJssel de Schepper, zijn stempel op de ontstaansgeschiedenis van Okkenbroek heeft gedrukt.
Nieuwenhuis was van 18 december 1904 tot 27 november 1927 evangelist in Okkenbroek. Zo veel er in het kerkelijk archief is te vinden over de kerkstichting, zo weinig is er geschreven over de aanstelling van de heer Nieuwenhuis. Niet zo verwonderlijk gezien de eenvoudige wijze waarop de “sollicitatieprocedure” in zijn werk is gegaan zoals valt op te maken uit het notulenboek van Colmschate:
6 okt. 1904 – (…) Men verwacht dat het gebouw (de kerk) nog deze maand zal worden voltooid, zodat het wel wenschelijk is niet langer met het benoemen van een g.o. (godsdienstonderwijzer) te wachten. De voorzitter meent een naar zijn overtuiging zeer geschikt persoon voor deze post te kunnen aanbevelen in den heer Johs. Nieuwenhuis te Terwolde, den leden van den kerkeraad eveneens bekend. Na eenige discussie wordt besloten de post van Ok.broek aan dezen persoon aan te bieden, op een nader door het Bestuur der Stichting vast te stellen tractement. De voorzitter zal hem met dit besluit in kennis stellen, terwijl dan later een officiële benoeming kan worden opgemaakt.
14 nov. 1904 - De voorzitter deelt mede, dat het bestuur der Kerkstichting Ok.broek het tractement van den godsd.ond. dier stichting heeft vastgesteld op f. 600, behalve het genot van vrije woning. Daarom stelt hij voor om nu over te gaan tot de officiële benoeming van dezen persoon. Bij opening der stembriefjes blijkt de heer Johs. Nieuwenhuis te Terwolde met algemene stemmen te zijn benoemd. (…)
Nieuwenhuis vestigde zich op 22 december 1904 in Okkenbroek (Okkenbroek 33B). Dat was vier dagen nadat Nieuwenhuis op 18 december de eerste dienst in de net gebouwde kerk van Okkenbroek had gehouden. In het notulenboek van de Kerkstichting Okkenbroek staat:
Zondag 18 december 1904.
In tegenwoordigheid van een talrijke schare bevestigde Ds. H.G. van de Flier van Colmschate hedenmiddag te half twee uur den heer Johs. Nieuwenhuis als godsdienstonderwijzer van de Kerkstichting Okkenbroek en wel naar aanleiding van Jesaja 40 : 29. Daarna trad de nieuwe godsdienstonderwijzer op met een prediking over 1 Cor. II : 2.
Op 11 mei 1911 trouwde Nieuwenhuis met Maria Hendrika Pfalz (* 1 mei 1883 - † 25 maart 1955) uit Deventer. Nieuwenhuis, zijn echtgenote en dochter Jeanette, die ook wel Zus genoemd werd, hebben hun laatste rustplaats gevonden op de begraafplaats in Okkenbroek. Nieuwenhuis was oprichter en leider van de zondagschool en richtte later de jongelingsvereniging Andreas en de zangvereniging op. Het echtpaar kreeg twee kinderen: Johannes Klasinus (Joop) geboren 25 november 1930 en Jeanette Elisabeth Maria (Jeanette)(* 22 juli 1920 - † 14 augustus 1973). Later kwamen de ouders van mevrouw Nieuwenhuis bij hun dochter op de pastorie wonen. De vader was uurwerkmaker in Deventer. Nieuwenhuis moest alles linkshandig doen omdat hij bij een ongeluk, voor zijn komst naar Okkenbroek, zijn rechterhand kwijt was geraakt.
In Uut den Umtrek schrijft Johan Struik over het Kerstfeest onder leiding van Nieuwenhuis:
“Het hoogtepunt was altijd het Kerstfeest waar wij ons al dagenlang op verheugden. Als wij dan die prachtig versierde grote kerstboom met de brandende kaarsen in de kerk zagen staan, waren wij vol bewondering. Hoe luisterden wij vol spanning naar het Kerstverhaal van Mr. Nieuwenhuis. Ik hoor Mr. Nieuwenhuis aan het eind nog zo zeggen: ”Kinderen, de kaarsjes worden kort. Nu gaan we samen nog een lied zingen, we gaan een zegen vragen, en dan gaan we naar huis.” Wij vonden het jammer, want de avond was naar onze zin veel te gauw voorbij gegaan.”
Begraafplaats
Dat de begraafplaats uiteindelijk is gekomen op de locatie aan de Okkenbroekerveldweg komt omdat Nieuwenhuis het kerkbestuur over heeft weten te halen twee en een halve bunder achter de molen, bestemd voor een dodenakker, over te doen in ruil voor een stuk veldgrond van een zelfde grootte in Oosterhuisveld van Niemeijer en dit voor de begraafplaats te bestemmen. Nieuwenhuis had namelijk in 1921 een stuk veldgrond aangekocht van Brinkman en hier een boerderijtje, aan wat nu de Muldersweg is op gebouwd: de Mariahoeve. Daar wilde hij dit stuk grond achter de molen aan toevoegen.
School
Samen met de heer J.L. Doodeheefver (bewoner van Huize Okkenbroek) heeft Nieuwenhuis een eerste aanzet gegeven tot de stichting van een Protestants Christelijke School in Okkenbroek. Nieuwenhuis streefde naar een Christelijke school. De gemeente Diepenveen gaf de voorkeur aan een Openbare school in Lettele. Nieuwenhuis heeft zijn plan kunnen doorvoeren want hij kreeg genoeg kinderen door voogdijkinderen onder te brengen bij pleeggezinnen in Okkenbroek en omgeving. Met Doodeheefver, F. van Voorst, G. Kloosterboer, B.J. Niemeijer, J.W. Stoevenbeld en J. Struik vormde Nieuwenhuis het bestuur dat zich inzette voor de komst van een school in Okkenbroek. De school is gebouwd en op 1 december 1923 gebruik genomen. De ‘eerste’ steen werd gelegd door Nieuwenhuis. Een steen die ook in de nieuwe school nog zichtbaar is. Weliswaar door een aantal struiken goeddeels aan het zicht onttrokken maar zichtbaar.
Bewogen
Sociaal bewogen, zo wordt Nieuwenhuis door Okkenbroekers die hem hebben gekend omschreven. Bewogen maar ook zeer orthodox. Samen met meester Veurtjes was hij er persoonlijk voor verantwoordelijk dat tijdens de school- en volksfeesten, die vrijwel vanaf de opening van de school in 1923 werden gehouden, de schooljeugd het zonder draaimolen of kermismuziek moest doen. Jarenlang heeft Nieuwenhuis kinderen van de Stichting Kinderzorg uit Zwolle in Okkenbroek ondergebracht. Meestal op boerderijen waar de heer des huizes wel een extra hulpje kon gebruiken. Velen vertrokken weer uit
Okkenbroek, een enkeling bleef zoals Frits Smit die aan de Bloemenkampsweg een pachtbedrijf begon. In een cahier staat het handgeschreven bestek voor het bouwen van een boerderij, de woning van Frits Smit in opdracht van Nieuwenhuis: “Bestek en Voorwaarden waarnaar door den Weledele Heer J.K. Nieuwenhuis te Okkenbroek zal worden aanbesteed het bouwen van een boerderij met schuur te Okkenbroek.”
Ook nadat Nieuwenhuis uit Okkenbroek was vertrokken was zijn inbreng merkbaar. In de herfst van 1943 kwam Dirk Koeman uit Monnickendam in Okkenbroek met een koffertje om te vragen of hij kon blijven als onderduiker. Nieuwenhuis die in Edam woonde had hem enkele adressen gegeven van bewoners die hij kende uit de periode dat hij als evangelist in Okkenbroek werkzaam was. Zo zijn er dankzij Nieuwenhuis veel jongens uit Edam, denk aan Jan Ba(c)k en Wim van Diepen, in Okkenbroek en omgeving ondergedoken geweest.
Na zijn vertrek uit Okkenbroek kwam Nieuwenhuis er nog graag terug.
BRON | Notulenboek van de Kerkstichting, notulenboek kerk Colmschate, De kerk van Okkenbroek 1904-2004, 75 Jaar Christelijk Onderwijs in Okkenbroek, Uut den Umtrek, Tiny Otten, Achter leilinden en kastanjebomen.
Reageren? Stuur een bericht naar Henk Sepers of bel 0570-550480.