Huize Okkenbroek 1909
Geschreven door: Henk Sepers
In het Deventer Dagblad van 1909 wordt de bouw van een villa in Okkenbroek aangekondigd. Huize Okkenbroek blijkt een aantal markante bewoners onderdak te hebben geboden.
Na het overlijden in 1890 van ritmeester Adam IJssel de Schepper, grootgrondbezitter, werden de gronden van de familie geveild. Ze werden opgekocht door mejuffrouw Agathe Elizabeth Crommelin (* 03-12-1852 te Wilp in Huize de Lathmer, † 1938). Een groot deel van haar leven woonde zij op de buitenplaats “Wijnbergen” tussen Diepenveen en Olst. In opdracht van haar werd een villa in Okkenbroek gebouwd, later “Huize Okkenbroek” genoemd.
CROMMELIN
Armand Crommelin (* 1882 - † 1940), een neef van mejuffrouw Crommelin, mocht zich de eerste bewoner van de villa noemen. Snel na de bouw vertoonde het huis allerlei gebreken. Boosdoener bleek een waterreservoir op het dak te zijn dat onvoldoende ondersteund werd en daardoor scheuren veroorzaakte.
In de omgeving van Steenwijk komt Crommelin in aanraking met ‘boerenpijpavonden’. Een idee van de directeur van de Maatschappij van Weldadigheid te Frederiksoord. Samen met de heren Memelink (hoofdopzichter van de Nederlandsche Heidemaatschappij), Beijers (Rijksveearts), en Vogelenzang uit Raalte stelde Crommelin in december 1910 deze avonden in Okkenbroek in. Alle boeren uit de omtrek werden uitgenodigd om op gezette tijden te vergaderen over onderwerpen die voor de landbouwers van belang zijn en heideboeren raakten. Op één van deze avonden sprak Memelink over de waterafvoer van weilanden en Vogelenzang over landbouwgewassen. Dit tweetal zorgde ook voor tabak en sigaren.
Armand Crommelin uit Okkenbroek heeft zijn verkiezing tot lid van het bestuur van de afdeling Overijssel van de V.P.N. aangenomen zo valt te lezen in het Deventer Dagblad 10 april 1911. Crommelin vertrok in 1920 naar Schalkhaar.
In het tuinmanshuis woonde het gezien Hermannus en Johanna van der Wal en hun kinderen. Hermannus was timmerman, tuinman en boswachter voor de heer Crommelin.
Meer over het gezin Van der Wal kunt u hier lezen. Kijk vooral ook naar de prachtige foto's.
DOODEHEEFVER
Huize Okkenbroek werd verkocht aan de heer Johannes Christoffel Doodeheefver (24 april 1864 – 13 juli 1923) en Bertha (Berti) Emilie Link. Zij vestigden zich op 17 juli 1920 vanuit Hilversum in Okkenbroek. Doodeheefver was oprichter van de behangselpapierfabriek Rath & Doodeheefver te Amsterdam. Bij zijn dood was hij commissaris van de N.V. met die naam. Doodeheefver, van gereformeerde huize, was voorstander van christelijk onderwijs. Niet verwonderlijk dat hij zich sterk maakte voor een christelijke school in Okkenbroek. Begin 1921 werd hij voorzitter van het oprichtingsbestuur. Helaas heeft Doodeheefver de officiële opening van de school op 1 december 1923 niet meer mogen meemaken. Na zijn overlijden vertrok Link naar Bathmen en werd Huize Okkenbroek geveild. Samen met de boerderijen Nieuwe Krieger en Adriana Hoeve. Tijdens de verbouwing van de pastorie, in de winter 1924-1925, is het gezin van de Evangelist J.K. Nieuwenhuis, dat toen op de pastorie woonde, gehuisvest geweest in de villa.
In 1924 zijn de boerderijen die toen bij de villa behoorden aan de bewoners van de boerderijen verkocht. Het tuinmanshuis is aan timmerman/aannemer Jan van Ens verkocht. Het tuinmanshuis werd eerst bewoond door de familie Van der Wal. Het koetshuis is aan J.W. Stoevenbeld verkocht. Die heeft het verbouwd en is er toen gaan wonen. Kleinzoon Henk met zijn vrouw wonen nu nog op de boerderij.
Een arbeiderswoning die ook bij de villa hoorde en die bewoond werd door familie Braakhekke, heeft G. Kloosterboer gekocht. De familie Braakhekke kon er blijven wonen. Dit huisje is later gekocht door de heer J. Leger uit Edam. Daarna verkocht aan de heer H.B. Ludden en ging Arie de Bonte en weer later de familie Ferdie Jonker er wonen. In 2011 kochten Henk Bronzewijker en Cindy Bouwman het huis aan de Okkenbroekerveldweg 2. In 1970 is het verbouwd tot het huidige aanzicht.
MAJOIE
Derde bewoner werd de uit Indië afkomstige heer Majoie. Zijn vrouw, E Majoie, hield (bedrijfsmatig of als hobby?) Angora-konijnen. Krantenartikelen uit 1927 tonen dat zij dat met succes deed. Vele prijzen vielen haar te beurt. Ook verzorgde mevrouw Majoie demonstraties over het winnen van wol uit witte Angora-konijnen. In het Deventer Dagblad van 12 november 1927 een uitvoerige verslag waarin tot in detail wordt beschreven hoe de wolproductie wordt gedaan en wat de dieren als voeding krijgen. En als de konijnen na vijf jaar hun productie verliezen brengen de huiden altijd nog geld op. In de strenge winter van 1929 is hij teruggegaan naar het huidige Indonesië.
DE WETSTEIN PFISTER
De heer G.L. de Wetstein Pfister was vanaf 15 juli 1929 tot november 1938 de vierde eigenaar van Huize Okkenbroek (Okkenbroek 56/79). George Lodewijk, geboren op 27 juni 1867 in Haarlem, Evangelisch Luthers. Getrouwd op 26 maart 1913 te Warmond met Maria Elisabeth Vuurberg, geboren op 7 augustus 1878 te Nieuwer Amstel. Zij kwamen vanuit Brussel naar Okkenbroek. George Lodewijk is op 16 september 1942 overleden in Soest. Een artikel uit het Deventer Dagblad meldt dat in 1931 de School- en Volksfeesten in de tuin van Huize Okkenbroek werden gehouden. In 1937 biedt De Wetstein Pfister aan vertrekkend dominee Visser een schrijfmachine aan.
Dat jaar laat De Wetstein Pfister zich niet onberoerd als zijn dienstmeisje een fietsongeluk krijgt. De schuld daarvan wordt in de krant van vrijdag 30 juli bij een cavalerist gelegd. In een ingezonden brief doet De Wetstein Pfister ragfijn uit de doeken dat de cavalerist niets te verwijten valt. In 1938 vertrok De Wetstein Pfister naar ‘landgoed De Rinkela’ in Dijkerhoek.
Het Stedelijk Museum in Amsterdam beschikt over 20 werken van De Wetstein Pfister die als illustratie in het boek De Kolossus der Negentiende Eeuw van P.J. Andriessen zijn opgenomen.
Meer over De Wetstein Pfister kunt u hier lezen.
In deze periode woonde Milie Zonnevylle, samen met haar moeder, een aantal jaren als gast in één van de kamers in Huize Okkenbroek. Als jong meisje ging Milie in Okkenbroek naar de lagere school.
Meer over 'Milie van de Villa' kunt u hier lezen.
FUCHSTHALLER
Direct na het vertrek van de vorige bewoner betrekt Franz Xaver Josef (Franz) Fuchsthaller, Oostenrijker van geboorte, als vijfde bewoner ‘Huize Okkenbroek’. Fuchsthaller heeft veel voor Okkenbroek gedaan. Hij heeft jaren, met andere Okkenbroekers, gevochten om in Okkenbroek elektrisch en waterleiding te krijgen en voor verharde wegen is ook veel gedaan. Elektrisch kwam uiteindelijk in 1959. Fuchsthaller heeft ook het Okkenbroeks-(volks)lied gemaakt. In 1965 ontving hij de gemeentelijke ere-medaille van de gemeente Diepenveen vanwege zijn enorme inzet voor Okkenbroek en omgeving.
Fuchsthaller trouwt in het najaar van 1938 met de weduwe van dokter Muijs uit Diepenveen. Mevrouw Muijs had twee kinderen een zoon Bob en een dochter Kitty. De heer Fuchsthaller had een dochter Wies. In 1947 toen het een droge tijd was is er op 25 juni brand uitgebroken op de villa. De familie Fuchsthaller had als bestaan pensiongasten, één van de gasten drukte een sigaret uit tegen een metalen hor en er viel vuur op het kurkdroge rieten dak. Al vlug was het één grote vuurzee. Later is de villa wel weer opgebouwd zoals het er nu van buiten uitziet. Binnen is er later nog vaak veel verbouwd. Het gezin heeft meer dan 25 jaar in Okkenbroek gewoond. Toen de gezondheid van de heer Fuchsthaller te wensen over liet zijn ze naar Huizen N.H. vertrokken om dichter bij de kinderen te wonen. Het echtpaar Fuchsthaller is in Okkenbroek begraven. Franz Fuchstaller is geboren op 7 februari 1891 in Wenen. Hij is op 24 juli 1971 in Huizen overleden. Zijn echtgenote Dies zag het levenslicht in Deventer op 15 augustus 1901. Zij is op 30 juni 1987, eveneens in Huizen, overleden. Kitty Hoogstraten - Muijs woont anno 2013 nog steeds in Huizen.
Meer over Fuchsthaller kunt u hier lezen.
MILLAARD
In 1964 kocht, als zijn tweede huis, de heer Millaard uit Baarn de villa. Onder andere het torent je op het dak heeft Millaard laten bouwen. Millaard is in 2011 in Zwitserland overleden.
VAN DEN HENGEL
Op 1 mei 1969 is de villa verhuurd aan de heer B.N. van den Hengel, gelaatsprotesioloog. De heer V.d. Hengel kwam met vrouw en zoontje Alex hier wonen en later kregen ze een dochtertje Diana. Zij is het eerste kindje dat in de villa geboren is. Van den Hengel had een proefproject van 5 jaar en werd gesubsidieerd door het rijk. Hij deed goed werk door mensen met gelaatskanker een nieuw gelaatsgedeelte te geven. Gerard Vloedgraven werkte bij Sallandgas bij de Inspectiedienst. Toen Okkenbroek aardgas kreeg, moest Gerard enquête werkzaamheden verrichten. Zo ook bij Huize Okkenbroek. Bij de rondgang in de villa trok Van den Hengel enkele kastladen open en zag Gerard daar allemaal kunststof neuzen en oren liggen. Op zijn werk vertelde hij dat later, maar hij werd niet geloofd. Van den Hengel werd door de medische geneeskunde niet erkend. Met stille trom vertrok hij naar Deventer waar hij zijn werk nog wel heeft voortgezet.
FLEERS
Daarna heeft de heer Fleers in Huize Okkenbroek gewoond. Hij had de villa gekocht en er weer veel in verbouwd en zo de geruchten gingen zou er een sexclub in komen. Zeker is dat in elk geval één instantie in Okkenbroek, in reactie op die geruchten, in 1979 haar zorgen kenbaar gemaakt heeft bij B & W van de Gemeente Diepenveen. Het college antwoordde met de verzekering dat het alle middelen zou aanwenden om een ongewenste ontwikkeling te bestrijden. Tot grote opluchting van de Okkenbroekers heeft er zich, om welke reden dan ook, geen bedrijf in van dat type gevestigd. Was dit het begin van het einde van de familie Fleers als bewoners van Huize Okkenbroek? Feit is dat in 1980 een hoogst belangrijke spoedveiling van kunst- antiek- en inboedelgoederen in Huize Okkenbroek plaatsvond wegens vertrek van de familie P. Fleers. De in zeer goede staat verkerende inboedel werd gehouden ten overstaan van de weldedelgestrenge heer W. van Duijn, gerechtsdeurwaarder te Deventer. Aan de veiling werden goederen toegevoegd van de heer H. Miedema, de heer A. van Rhee en handgeknoopte Perzische en Oosterse tapijten uit het faillissement van Vita B.V. uit Den Haag. De kijkdagen, voorafgaand aan de verkoop waren van 26 tot 29 september. De verkoop liep van 29 september tot 3 oktober. De goederen, zo staat in de omvangrijke catalogus die speciaal voor de veiling is gemaakt, moesten vervoerd zijn uiterlijk zaterdag 4 oktober 1980 voor 12:00 uur. Het gezin Fleers vertrok waarna Kees Bruisma de villa kocht.
BRUINSMA
Na de veiling betrokken Kees en Catrien Bruinsma met hun dochter Hanneke in november 1980 Huize Okkenbroek. Bruinsma vestigde in de villa zijn praktijk voor fiscaal en economisch advies. In april 1981 werd dochter Annemarie geboren. Het pand werd flink verbouwd. Veel kleine slaapkamers op de eerste verdieping werden gesloopt waardoor de ruime hal in ere hersteld werd. De opbouw die na de brand in 1947 was neergezet werd weggehaald. Op die plek ontstond daarmee een groot dakterras. De centrale hal, inclusief de trap, werd aangepakt en voorzien van strakke lijnen. Ook de buitenruimte werd flink onder handen genomen. De markante witte toegangspoorten bleven, maar het was niet langer mogelijk om rond het huis te rijden. Hierdoor was er veel minder grindpad nodig. Een grote schuur werd gesloopt, waardoor ruimte ontstond voor 2 waterpartijen, veel gras en struiken. De prachtige grote rode beuk middenin het gazon aan de voorzijde bleef uiteraard behouden. Tevens werd een dubbele garage met verdieping gebouwd met ervoor een plein met ruime parkeergelegenheid. Begin jaren ’90 werden er 2 beeldentuinen georganiseerd vanwege de kunsthandel die Bruinsma inmiddels begonnen was. In 1993 bleek Bruinsma ziek, waardoor het bedrijf failliet ging en de villa verkocht moest worden.
GRAAF VAN LIMBURG STIRUM
In 1993 kocht Graaf Mr. Roland Hugo van Limburg Stirum (* 18 juli 1931 in Constance Roemenië) samen met zijn in Noord Ierland geboren echtgenote Flora Josephine van Limburg Stirum–Culbert (*29 september 1939) de villa. Na een grondige interne renovatie vestigde het op 7 september 1967 getrouwde echtpaar zich in 1995 vanuit Rome in Okkenbroek. Daarmee deed de eerste bewoner van adel zijn intrede in de villa. Van Limburg Stirum, werkzaam in de diplomatieke dienst (ambassadeur), heeft voor hij naar Okkenbroek kwam veel van de wereld gezien. Na zijn laatste functie op de Nederlandse Ambassade bij de Heilige Stoel (Vaticaan) zocht en vond het echtpaar rust in Okkenbroek. Een huis waarop zij vanaf het begin verliefd waren in een gemeenschap die zich volgens eigen zeggen kenmerkt door een enorme betrokkenheid. “Het is een voorrecht in Okkenbroek te wonen”, meent mevrouw Van Limburg Stirum uit de grond van haar hart.
Aan het aangezicht van de villa is in de achttien jaar dat zij er wonen weinig veranderd. Het is vooral de tuin die gevormd is naar het karakter van de laatste bewoners waarbij landschapselementen als het houtenhek naar wat ooit een kerkpad was en de oude, oorspronkelijk draaibare, koepel in takt zijn gebleven. Lovende woorden zijn er voor Hans Oostenenk die de Van Limburg Stirum’s behulpzaam is met het onderhoud van villa en tuin. Met weemoed nemen de heer en mevrouw Van Limburg Stirum vanwege hun leeftijd afscheid van het huis en dorp waar zij zich zo thuis voelen. Op 15 december 2013 verhuisde het echtpaar Van Limburg Stirum uit Okkenbroek.
Baron doet intrede.
U weet (nog) meer? Laat het ons weten door een bericht te sturen naar Henk Sepers.
BRON |
- Tiny Otten-van Ens, Okkenbroek
- Henk Kerkdijk, Okkenbroek
- Hanneke Bruinsma, Elst
- Mannie en Gerrit Holterbroek, Okkenbroek
- Tonny Mulder, Schalkhaar
- Ben Kleijn, kleinzoon J.C. Doodeheefver
- Walter Crommelin, kleinzoon Armand Crommelin
- Ria Vloedgraven-Lubbers, Hollum (Ameland)
- SAB Deventer
- Deventer Dagblad
- Koninklijke Bibliotheek Historische Kranten