Het verhaal achter het volkslied
Geschreven door: Henk Sepers
Gevraagd naar het Okkenbroeks Volkslied vertelt Tiny Otten uit Okkenbroek vol passie honderduit. Trots toont de 81-jarige een vergeeld handgeschreven exemplaar van het eerste couplet van Lief Okkenbroek. Vol respect praat ze over meneer, de schrijver van het Volkslied, F.X.J. (Franz) Fuchsthaller. “Het volkslied is, net voor of in de oorlog, geschreven door de heer Fuchsthaller. Omdat hij als geboren Oostenrijker de Nederlandse taal niet goed machtig was heeft mevrouw hem er mee geholpen. Jan Bril heeft de tekst in 1959 bij de eerste uitvoering van de revue gebruikt als openingslied.” Langzaam raakte de tekst in de vergetelheid. Het jaar 1979 was volgens Tiny belangrijk in het voortbestaan van het Volkslied. Ze merkte tot haar groot verdriet dat het lied bijna niet meer werd gezongen. Reden een brief naar de weduwe van Fuchsthaller te sturen met het verzoek om informatie over het Volkslied. Een brief van vier kantjes als antwoord viel bij Tiny op de deurmat met daarbij de oorspronkelijke tekst en muziek van het Volkslied.
“Beste Tiny. Wat was ik blij met je brief en ben je heel dankbaar, dat je het Okkenbroekse Volkslied weer in goede banen wilt leiden. Nu de hoofdmaker daarvan, was wel m’n man. Samen hebben we wel de woorden gemaakt, maar de muziek later erbij, was alleen m’n man z’n werk. ‘k Zie hem nog zoo voor de piano in de hall zitten en zong hij de woorden en muziek bij mekaar, eindeloos herhalen, maar ’t kwam er toch goed uit.”
Gewapend met tekst en muziekblad voor alt, sopraan, tenor en bas legt Tiny datzelfde jaar contact met een leerkracht van de school in Okkenbroek. “De onderwijzers hebben het in school weer aan de kinderen geleerd. Toen is ook de muziek geschreven voor de Fanfare Beatrix die het daarna hebben ingestudeerd”, zegt Tiny met een brede glimlach op haar gezicht. “Als wij een busreisje maakten en via het Oostermaat terug richting Okkenbroek reden werd Lief Okkenbroek altijd gezongen”. Nu wordt Lief Okkenbroek elk jaar in een iets modernere versie op de revue met het Okkenbroeks feest gezongen. Tiny: “Ik hoop dat ze op mijn begrafenis ook Lief Okkenbroek zingen." Gepaste stilte volgt.
Fuchsthaller (in 1936 mede-oprichter van Okkenbroeks Belang) kocht in 1938 'Huize Okkenbroek' en nam het in gebruik als pension. Het schrijven van het Volkslied is slechts een kleine greep uit een veelheid aan activiteiten die hij, als vijfde bewoner van de Villa, voor Okkenbroek heeft gedaan. De in Wenen geboren Fuchsthaller ligt samen met zijn tweede vrouw, de weduwe van dokter Muijs uit Diepenveen, begraven op het kerkhof in Okkenbroek.
De oorspronkelijke tekst van het Okkenbroeks Volkslied is:
Lief Okkenbroek
Te midden der velden in bosschen en hei, Daar zijn wij geboren daar leven wij vrij.
Daar is ons lief dorpje bescheiden en klein, maar wij zijn er trotsch dat wij Okkenbroeksch zijn.
Ja, Okkenbroek, wij houden van jou.
Ja, Okkenbroek, jou blijven wij trouw.
Wij hebben geen schouwburg geen tram en geen trein, toch is er plezier en dat is hier zoo fijn.
Wij hebben een leven in Gods vrij natuur.
Wij zien steeds Zijn schepping, zoo heerlijk en puur.
Ja, Okkenbroek, wij houden van jou.
Ja, Okkenbroek, jou blijven wij trouw.
Met plezier las Marthe Varenhorst het verhaal achter Lief Okkenbroek. Daar bleef het niet bij. Ze heeft de muziek digitaal gemaakt. De noten van Fuchsthaller heeft ze in Sibelius gezet en er een geluidsbestandje van gemaakt, zodat ook de Okkenbroekers die geen noten kunnen lezen toch kunnen horen hoe de componist het heeft bedoeld. Gelijkertijd doet ze een oproep: Wie wil deze versie nog meer in ere houden? Sopranen tot de hoge G en bassen tot de lage C. Wie durft?
Beluister hier de originele muziek!
U weet (nog) meer? Stuur uw verhaal of muzikale naar de redactie.